Nederlandse bedrijven moeten zich beter voorbereiden op mogelijke cyber- en hybride aanvallen uit landen als Rusland en China. Daarvoor waarschuwen veiligheids- en inlichtingendeskundigen in gesprek met de NOS. Volgens hen zijn vitale sectoren zoals energie, water en telecommunicatie aantrekkelijk doelwit voor buitenlandse statelijke actoren, terwijl de weerbaarheid nog te wensen overlaat.
“Cyber- en hybride dreigingen zijn in Nederland aan de orde van de dag”, zegt Rob Bauer, voormalig topmilitair bij de NAVO en nu veiligheidsadviseur bij Deloitte. Veel aanvallen blijven volgens hem onopgemerkt, omdat ze mislukken of tijdig worden onderschept. Bauer noemt recente hacks bij politie en drone-incidenten boven Europese luchthavens voorbeelden van acties die bedoeld zijn om te testen en angst te zaaien.
De aanvallen hebben volgens hem vaak een politiek doel. “Het gaat om het ondermijnen van vertrouwen en het verzwakken van de steun voor Oekraïne”, stelt Bauer. Hij benadrukt dat meer samenwerking en bewustzijn nodig zijn om vitale processen beter te beschermen.
Ketenkwetsbaarheid
Ook cybersecuritydeskundige Willemijn Aerdts van de Universiteit Leiden wijst op kwetsbaarheden bij toeleveranciers. “Bedrijven als NS of ASML hebben hun beveiliging op orde, maar kwaadwillende richten zich op de keten eromheen – soms zelfs op iets eenvoudigs als een cateraar of onderhoudsbedrijf.”
Voormalig AIVD’er Eric Schouten spreekt van een ‘welvaartsziekte’: bedrijven gaan er volgens hem te vaak vanuit dat het wel goed komt. “Veel organisaties die niet direct vitaal zijn, onderschatten hoe interessant ze kunnen zijn voor buitenlandse inlichtingendiensten.”
Volgens Bauer blijft het echter een uitdaging om volledig bestand te zijn tegen hybride dreigingen. “Je kunt niet alles voorkomen, maar je kunt wel sneller reageren en beter voorbereid zijn.”
bron: Beveiligingnieuws.nl







